Ik las dus de laatste Sue Grafton over Kinsey Millhone: V staat voor Vergelding. Met nog altijd dezelfde alleenstaande en soms eigenwijze privédetective Kinsey, die zich als een pitbull in een zaak kan vastbijten als ze denkt dat ze het bij het rechte eind heeft. Of als ze het niet uit kan staan dat ze de puzzelstukjes niet op de juiste manier in elkaar gelegd krijgt. Dit keer wordt ze door een rouwende man ingehuurd, die niet geloofd dat z'n verloofde zelfmoord pleegde. Zoals hij ook niet gelooft dat ze werkte voor een professionele bende winkeldieven, als de puzzelstukjes eenmaal die kant op lijken te vallen. Ondertussen zijn er nog allerlei andere verhaallijnen en personages, die uiteindelijk allemaal met elkaar verweven zijn. Natuurlijk. Er valt weer genoeg te beleven.
Maar toch zit me iets dwars. In m'n vorige blog was ik nog nostalgisch over het feit dat de verhalen zich zo lekker in de jaren tachtig afspelen. Geen mobiel, geen laptop, geen wifi, het leven lijkt veel overzichtelijker. Kinsey's systeem bestaat uit een typemachine met doorslagvel en een set indexkaartjes. Daar komt trouwens wel verandering in, want de boevenbende introduceert in dit boek een eerste computer, jaja. Maar er begint me wel iets anders te storen, of laat ik zeggen op te vallen.
Kinsey bakt er eigenlijk helemaal niks van in dit verhaal. Ze benoemt regelmatig wat ze - achteraf gezien - over het hoofd heeft gezien. Soms snap ik ook niet waarom ze op het ene moment iets zegt of doet waarvan ik denk 'joh, dat is misschien niet zo slim' en op een ander moment niks doet terwijl de deur volgens mij wagenwijd open staat. Ook weet je als lezer eigenlijk al precies hoe het zit, omdat je met alle verhaallijnen en personages mee groeit. Een manier van verklappend schrijven die ik me van de andere delen eigenlijk niet herinner. En goh, het kabbelt toch best wel langzaam voort. Er is uiteindelijk wel een spannende ontknoping, maar ik krijg als lezer veel minder een band met Kinsey dan voorheen. Ze doet d'r ding, wordt tegengewerkt en getreiterd, lost het op, maar zoals ik voorheen weer een periode van haar leven met haar doorbracht, zo voel ik me nu veel meer een toeschouwer.
Ik vind het gek. Zou ik dan inmiddels zo verwend zijn door de snelheid en het complotdenken van schrijvers als Dan Brown? Of zouden die andere boeken uit deze alfabetserie ook gewoon niet zo best zijn geschreven? Ik weet het niet zeker. Wat ik wel weet is dat Sue Grafton niet echt piepjong meer is en dat ze nog vier boeken te gaan heeft. Op haar website lees ik dat de W in september 2013 verschijnt. Heel fijn. Voor de rest zou ik haar de tip mee willen geven dat ze een beetje vaart gaat maken met schrijven, op meerdere vlakken! Want dat ik ze gewoon allemaal blijf lezen staat natuurlijk niet ter discussie. Wat dat betreft ben ik van de A staat voor Alles-of-niets.