Ik vind de titel wel toepasselijk, voor zo'n zomer met echt Hollands weer, waarbij je geniet van elk moment dat je (droog) een frisse neus kunt halen: Eindelijk buiten van de Vlaamse filosofe Ann Meskens. De ondertitel zegt genoeg: filosofische stadswandelingen. Meskens houdt van wandelen, het liefst door de stad, haar stad, Mechelen.
De geschiedenis zit vol met filosofen die graag wandelden. Om gedachten op te doen of om ze juist kwijt te raken. De natuur in, weg van het volk of juist door de drukbevolkte straten van de stad, om dicht bij de mensen te zijn. Het levert in alle gevallen dezelfde ervaring op: vanaf de eerste stap stappen ze de oneindige vrijheid van de wandelruimte in.
De stadswandelingen van Meskens leveren een aantal filosofische mijmeringen op, omringd door citaten van de grote filosofen. Mijmeringen over het mondige individu & de zwijgende massa, over stad en platteland, over toerisme, over shoppen, over de kracht van herinneringen.
De kracht van het boek zit voor mij in het slot. Een aanklacht tegen het oorlogsgeweld via een ode aan het Stabat Mater. Een ode aan de ontroostbare moeder die achterblijven na het sterven van haar kind; een naamloze soldaat in een (uitzichtloze) oorlog. Het beroemde gedicht heeft veel componisten geïnspireerd tot het componeren van hun eigen Stabat Mater, waarvan de versie van Pergolesi misschien wel de mooiste is. Meskens geeft in dit essay de ministers en generaals, die hun oorlogsverklaring tekenen, het gezicht van de mensen die het werkelijke gevecht leveren. Een indringende mijmering.
Reserveer in onze catalogus.