Toch komt de oorlog. Te lang al was er vrede.
Dan is de pret voorbij. Trompetten krijsen
diep in je hart. En alle nachten branden.
Aldus het begin van het eerste gedicht, van Alfred Lichtenstein, in de bloemlezing ‘De honderd beste gedichten van de Eerste Wereldoorlog’. Dichters als Sassoon, Rilke, Tagore, Yeats, Horowitz, Carek, meer dan vijfentwintig nationaliteiten, bewonen deze bewogen bundeling. Triomfkreten, bespiegeling, woede en spot, je vindt hier de hele caleidoscoop aan gevoelens die De Groote Oorlog opriep. De gedichten zijn verzameld, geselecteerd en ingedeeld door Geert Buelens, hoogleraar moderne Nederlandse letterkunde in Utrecht.