Puck is jarig. Ze is vijf geworden, en ze staat met haar moeder op de stoep van een Rotterdamse achterstandswijk te wachten op een zwarte, glimmende auto. Naast hen staan hun koffers. Haar moeder heeft gereageerd op een contactadvertentie: ‘Heer (niet onbemiddeld) zoekt hulp in de huishouding’. En nu komt die meneer hen ophalen. Vanaf dag één wordt Puck overladen met kado’s. En misbruikt.