vrijdag 20 december 2019

Eck's Jaarlijstje 2019: de 10e!

Een decennium jaarlijstjes.. Bij de start van dit blog begon had ik niet bedacht dat ik 10 jaarlijstjes op dit digitale podium zou publiceren! Maar voila: hierbij mijn lijstje voor 2019. Zoals altijd volkomen arbitrair en subjectief en wederom een eerbetoon aan de treurbeuk. Doe er uw voordeel mee tijdens de feestdagen! Ik ben iets afgeweken van mijn principe: een aantal titels is (nog?) niet beschikbaar via de bibliotheek; deze mogen beschouwd worden als aanschafsuggesties! Have fun and happy holidays!





1. Robert Ellis - Texas Piano Man
Ik hoorde er wisselende geluiden over, maar al met al toch het album dat ik het meest gedraaid heb en me elke keer weer pakt. Heerlijk! En ook live geweldig en geniaal..
"Texas Piano Man is een fraai vervolg op Ellis voorgaande albums. Het laat een Ellis horen die zich op piano opnieuw uitvindt met al net zulke ijzersterke songs die zijn vorige album kenmerkten. Zijn prachtstem, en wat zingt hij ook op dit album weer ongelooflijk gemakkelijk, blijft zijn sterkste wapen. Die is zo alom aanwezig dat wat hij ook doet, het altijd onmiskenbaar als Robert Ellis klinkt.
De teksten zijn wederom een lust voor het oor. Altijd weer met een fijne twist en/of slim sarcasme en vol van liefde en emotie. Zoals echt grote singers-songwriters dat doen weet hij deze altijd weer te verbinden met sterke melodieën. Misschien is het voor sommigen even wennen deze piano Ellis, maar luister het album een paar keer en je weet dat dit de exact juiste stap in zijn muziekleven is". (writteninmusic)



2. The Teskey Brothers - Run Home Slow
Een tijdje terug liet ik mijn enthousiasme al blijken: ik ben besmet met het Teskey-virus! Australiërs die als Otis klinken: briljant. Lees hier ook een interessant artikel over de populariteit van deze band. En luister en geniet!
"Run Home Slow is een heerlijke plaat, die net als zijn voorganger diep geworteld is in Amerikaanse stijlen als deep soul en Southern rock. Tegelijkertijd is Run Home Slow een flinke stap vooruit voor de Teskeys. Niet alleen klinken de liedjes strakker, het palet is ook gevarieerder. Zo klinkt eerste single Hold Me haast als een gospelsong, flirt Sunshine Baby met Dixieland jazz en zou het aanstekelijke So Caught Up zomaar kunnen uitgroeien tot de alternatieve zomerhit van 2019. Uiteraard telt Run Home Slow ook weer een aantal ballades die uit de pen van een Otis Redding of Dan Penn hadden kunnen komen en trekt de geweldige stem van Josh Teskey wederom de meeste aandacht. Dat de band al zowat een half leven samenspeelt is goed te horen en het lijkt dan ook niet al te gedurfd om te voorspellen dat we in de toekomst nog veel meer moois kunnen verwachten van de Teskey Brothers". (platomania)



3. Mercy John - Let It Go Easy
Neerlands Americana-trots maakt opnieuw een prachtig album dat indruk maakt. Eigenlijk geen enkel zwak nummer, louter een lust voor het oor. Neem ook de moeite om de iets later uitgebrachte EP te beluisteren (Cruel Love) met akoestische versies van enkele nummers. Erg mooi!
"Ook als album is Let It Go Easy geslaagd. Mercy John wisselt ballads en kalme pianosongs (Come over Tonight) af met robuuste radiorockers (Waiting for Your Love), die zo vanuit de jaren tachtig uw autoradio komen binnenvliegen. Luister naar de subtiel in elkaar gevouwen instrumentaties, de gelaagde vocalen en de discreet huilende pedal-steel-gitaren van het titelnummer, en weet dat het goed is. Mercy John is de komende weken volop live te beluisteren. Zoek hem op want dat verdient hij". (volkskrant)



4. The Bros. Landreth - 87
Feest voor de gitaarliefhebber! En eindelijk eens live gezien dit jaar (opnieuw feest)... In Nederland nog niet volop verkrijgbaar; daar zou wat mij betreft echt verandering in moeten komen!
"The Bros. Landreth won the award for Roots & Traditional Album of the Year in their first attempt together—‘87 makes it clear why. The band has embraced the traditions of quality songwriting and instrumental mastery. More than anything, their love for great music and ability to create it is apparent. This album will undoubtedly leave fans pining for the next collaboration. Until then, this collection of songs can be joyfully played repeatedly". (blues rock review)



5. Matt Harlan - Best Beasts
Elke plaat van Harlan is raak, maar deze lijkt wel 'volwassener' of 'steviger'.. Geen idee of het de juiste typeringen zijn, maar het is opnieuw genieten van deze songwriter! Fijn gevarieerd album met een mooie mix van stijlen. Ook een dringende aanschafsuggestie!
"The 13 tracks on Best Beasts, all written or co-written by Harlan, are anchored by his confident and expressive singing and his excellent guitar. The collection also features an impressive cast of contributors, drawing from the top levels of Texas Americana: vocalists BettySoo and Libby Koch, guitarists Paul Ramirez and Caleb Pace, bassist Glenn Fukunaga, drummer Mike Meadows, violinist Warren Hood, pedal steel player Will Van Horn, and keyboardist Stefano Intelisano, to name but a few. Producer Rich Brotherton, longtime lead guitarist in Robert Earl Keen’s band, does an excellent job of weaving these diverse contributions (including his own on guitars and other instruments) into a clean and cohesive whole". (Americana One)



6. Dallas Burrow - Southern Wind
Voor mij een soort 'stumble upon', want hoorde dit voor het eerst door verdwaald te zijn in een woud aan playlists op Spotify. Bijzonder fijne country-roots plaat!
"De Guitar Man vlucht in zijn liedjes waarin hij treinen overvalt; de gitaar verschaft hem niet alleen houvast, het biedt hem ook een manier om de dagelijkse beslommeringen te ontvluchten. Zo af en toe zoeken de melodieën houvast in jazzy structuren, een liedje als No Time To Waste had ook van Lyle Lovett kunnen zijn. De fiddle van Billy Contreras op Leaving Colorado zorgt voor mysterie. Op Strawberry Jam haalt Burrow herinneringen op aan de dagen die hij bij zijn grootouders doorbracht in Colorado. Een leven dicht bij de natuur in een zelf gecreëerd eldorado. Een kaal liedje met niet meer dan twee gitaren (van Burrow zelf en Kenny Vaughan) en zang, waarop de jonge Texaan nauwelijks onderdoet voor Guy Clark. Voor wie nog gaten heeft in het jaarlijstje, deze mag er wel in!" (altcountry.nl)



7. Bruce Springsteen - Western Stars
Tien jaar geleden had ik ook niet verwacht dat een album van the Boss overtuigend een plek in mijn jaarlijstje zou halen. De man heeft fantastische platen gemaakt, maar er zaten er ook wat tussen die mij nooit echt konden boeien. Maar deze is er een om in te lijsten.. Heerlijk. Kers op de taart was de film/docu in de bioscoop die je nog meer de nummers in trekt...
"Met het eerste studioalbum van Springsteen in vijf jaar slaat de 70-jarige singer/songwriter een nieuwe weg in, waarbij hij zijn roots zeker niet vergeet. De muziek behandelt de thema's liefde en verlies, eenzaamheid, familie en de onverbiddelijk voortschrijdende tijd. De filmversie roept het beeld op van het Amerikaanse Westen - zowel het mythische Westen als de harde werkelijkheid - en vertelt met mooie archiefbeelden, muziek en Springsteen’s persoonlijke bespiegelingen het sfeervolle verhaal van Western Stars". (gids.tv)



8. The Highwomen
Prachtige country, fijne zangeressen, en hoor die snik af en toe... Voer voor de wat meer traditionele-country-liefhebbers, qua muziek dan!
"Oorspronkelijk was het een bond tussen vier sleutelfiguren uit de country: Johnny Cash, Willie Nelson, Waylon Jennings en Kris Kristofferson. Ze vormden The Highwaymen, naar de countryklassieker van Jimmy Webb. Nu komen The Highwomen hun recht opeisen met een warme, meerstemmige rootssound. Het is een in het oog springend collectief van countryzangeressen (Brandi Carlile, Maren Morris, Amanda Shires en Natalie Hemby) met een duidelijke missie: inhoudelijke country vanuit vrouwelijk perspectief. Van macho naar macha, zonder bluf. The Highwomen vegen alle country-stereotypen van tafel, van moederrol tot de (vrouwen)liefde (Carlile, zeer fraai in ‘If She Ever Leaves Me’). Een titelsong over zelfredzame vrouwen. ‘Redesigning Women’ onderstreept het punt van gendergelijkheid. Steeds weer komt de aardse sound met boodschap aan". (nrc)



 9. Mandolin Orange - Tides Of A Teardrop
Erg fraaie instrumentatie, en een sfeer waar je wel graag even in blijft hangen. Erg mooi!!
"Het duo Mandolin Orange neemt de luisteraar op onnadrukkelijke wijze in de houdgreep. Met simpel gitaarspel, maar zo perfect harmonieus en vanzelfsprekend, dat je vanaf de eerste tonen vastgekluisterd bent aan de luidsprekers. De muziek van Andrew Marlin (zang, gitaar, mandoline) en Emily Frantz (zang, viool, gitaar) is ronduit louterend op Tides Of A Teardrop. (...) Het duo uit de Amerikaanse staat North Carolina wordt ook op deze plaat begeleid door de band die ze bijstaat op het podium. Zodat op de bluegrass van Like You Used To bijna onopgemerkt een elektrische gitaar aansluit. Lonely All The Time daarentegen is krachtige, ouderwetse country. Op Late September zoekt een straatlantaarn naar schaduwen in de gedachten van een passant die onderweg is naar huis, nadat in alle bars het sein laatste ronde heeft geklonken. De titel van het album komt uit het liedje Suspended In Heaven. ‘Mother is gone / Her journey’s unending / I see her pass by / In the night sky a-glowing / And she’ll see the blue of the ocean’s rising / The tides of a teardrop suspended in heaven.’ Marlin schreef het over zijn moeder die hij op 18-jarige leeftijd verloor nadat ze overleed aan complicaties na een operatie. Het is pure bluegrass met schitterende samenzang en een hoofdrol voor de mandoline. When She’s Feeling Blue is een en al warmte en comfort". (altcountry.nl)



10. Jeremy Nail - Ghost Of Love
Jeremy Nail was nieuw voor mij, maar wat een fijne kennismaking! Een album dat in veel jaarlijstjes terug te vinden zou moeten zijn. Van harte aanbevolen.
"Onthaastend. Overstijgend. Omfloerst. Teruggehouden. Weloverwogen. Traag. Pastoraal. Die (altcountry.nl)
woorden schetsten de eerste contouren van deze recensie. Ghost Of Love (Continental Song City) van Jeremy Nail bestaat uit rustige trommelslagen en voorzichtige gitaarlijntjes op een nummer als Clarksville, waarop hij vocaal gezelschap krijgt van BettySoo. Nail (zang, diverse gitaren, mandoline) gaat te werk als een impressionistische schilder en zijn streken worden omlijnd door het toetsenwerk (waaronder accordeon, harmonium, Farfisa-orgel, Hammond B3) van Bukka Allen. Nail is een Texaan, opgegroeid in een gezin van in kunst geïnteresseerde ranchers. (...) Somber is niet het juiste woord, daarvoor toont de Texaan teveel veerkracht. Dit door Pat Manske (tevens drums en percussie) geproduceerde werkstuk valt te situeren naast albums van David Halley en Michael Hall".



11. Chris Knight - Almost Daylight
Toegegeven, zijn stem klinkt een stuk meer versleten, maar Chris Knight blijft voor mij een van de vertolkers van fijne rechttoe-rechtaan Americana. Dit is ook typisch zo'n album waarbij je (ik) met je gitaar op de bank lekker mee tokkelt en strumt...
"We kennen Chris Knight, die zich als tiener al verdiepte in het repertoire van John Prine, als een accuraat observator van de lagere middenklasse in het Midwesten van de VS. De uit Kentucky afkomstige troubadour verwerkt die bevindingen al enkele decennia in  compromisloos repertoire, in het voetspoor van Springsteen en Mellencamp het rauwe stemtimbre roept herinneringen op aan Kights inspirator Steve Earle. Kight deelt in Nashville overigens producer Ray Kennedy met de Texaanse outlaw. Kennedy lost Dan Baird af op het recentere werk, het laatste werkstuk Little Victories dateert uit 2012.
Tijdens de opnamesessies van Almost Daylight werd de frontman van Georgia Satellites overigens in de studio gesignaleerd. De songs werden uitvoerig uitgetest on the road en zo rijpten vooraf inzichten voor het  studiowerk. In overleg met Kennedy werd besloten om geen afstand te nemen van de akoestische benadering , zo wordt Knight’s gitaar in het van Johnny Cash afkomstige Flesh en Blood uitsluitend door banjo en fiddle geflankeerd.
Die instrumenten vormen de basis, in Go On komt daar een accordeon bij en venijnige uithalen van Bairds gitaar die prominent aanwezig is in Everbody’s Lonely, de andere song waarbij hij  betrokken was bij het componeren, Gary Nicholson stak eveneens een helpend handje toe in Crooked Mile. (...)
Almost Daylight behoort ongetwijfeld bij het betere werk van Chris Knight, wie een beetje vertrouwd is met zijn repertoire weet meer dan genoeg". (writteninmusic)



12. Leif Vollebekk - New Ways
Het is vooral de combinatie van het timbre en de eenvoud van de begeleiding die me blijft boeien... Alsof je ogenblikkelijk ergens anders bent, in een bijna surrealistische wereld gezogen wordt.. Betoverend vind ik het. Luister en ontspan!
"New Ways is de opvolger van het twee jaar eerder verschenen Twin Solitude, dat hem o.a. een nominatie voor de prestigieuze Polaris Music Prize opleverde. Het is een album over ontluikend verlangen. Twee jaar geleden veranderden de dingen voor Leif Vollebekk heel snel en hij wilde dat niet vergeten: ‘I often think of Leonard Cohen’s line, ‘I hope you’re keeping some kind of record’. So I did.’ Voerde zelfreflectie op Twin Solitude de boventoon, op New Ways gaat het over betrokken zijn en veranderen, raken en geraakt worden. Over tederheid, wedergeboorte, Plato en Julie Delpy met hints naar Prince en Bill Withers. Over schoonheid, verlangen, begeren, risico en herinneringen, zonder een moment van spijt. Het is een album met hardere en strakkere grooves en zijn rauwste teksten tot nu toe. ‘Anything that I wouldn’t ever want to tell anyone I just put it on the record’. ‘That last record I made for me. This one is for somebody else.’ (bol.com)



13. Rodney Crowell - Texas
Voor velen wellicht 'niks nieuws', en feitelijk is dat ook zo. Maar ik vind het gewoon een fijne rootsplaat.
"De laaste jaren is Rodney opvallend actief met het uitbrengen van nieuw werk. Met albums als ‘Old Yellow Moon’, ‘The Traveling Kind’ en ‘Close Ties‘. Heel recent nog een album met nummers die hij zelf heeft geschreven voor andere artiesten, maar nu in akoestische versies zelf heeft opgenomen. Eerlijkheidshalve  gebied mij te zeggen dat ik zijn oudere werk meer kan waarderen dan het meer recentere werk. Zijn stijl laat zich nog het best typeren als country met een blues/pop sausje erover heen. Zowel muzikaal als vocaal zoekt hij niet de grenzen op maar blijft het vaak keurig binnen de lijntjes. Zijn nieuwe plaat ‘Texas’ is anders. Hij heeft een groot aantal Texaanse vrienden uitgenodigd om mee te werken aan dit album. De meeste nummers heeft hij zelf geschreven. ‘Texas’ is een eerbetoon aan zijn thuisstaat en aan zijn muzikale Texaanse vrienden. Eigenlijk is dit album ontstaan door een gesprek met Steve Earle, ongeveer 40 jaar geleden. Samen met Steve Earle schreef Rodney het nummer Brown & Root, Brown & Root en de intentie om het op te nemen. Dat heeft wat langer geduurd, maar nu is het er dan toch.
Naast Earle verschijnen ook collega Texanen Willie Nelson, Billy F. Gibbons, Lyle Lovett, Ronnie Dunn, Randy Rogers, John Jorgenson, net als Crowell’s voormalige bandgenoot Vince Gill en zelfs een voormalige Beatle, Ringo Starr. (...)
Het album Texas is echt een aanrader. Door een grote diversiteit aan stijlen maar toch altijd weer dichtbij de kwaliteit van Rodney Crowell is dit één van de mooiste albums van Rodney Crowell geworden." (bluesmagazine)



14. Buddy & Julie Miller - Breakdown on 20th Ave. South
Wat voor Rodney Crowell geldt, geldt misschien ook wel voor Buddy en Julie Miller: meer van hetzelfde, maar wel fijn dat er meer is ;-) Opnieuw een indringende plaat. Het stemgeluid van Julie Miller klinkt voor mij hier en daar wel een beetje overdreven, maar de sobere begeleiding heft dat ongemak moeiteloos op. Aanrader!
"Julie bleef songs schrijven en het nieuwe duo-project is opgevuld met twaalf geselecteerde songs die getuigen van een rauwe, eerlijke emotionaliteit en vooral de afgelopen, depressieve periode reflecteren. Het blijft bijzonder, Julie heeft een fragiel, wat kinderlijke mussenstemmetje maar imponeert met haar persoonlijke, spontane ontboezemingen zoals Everthing Is Your Fault en Unused Hart en de donkere folk van Feast Of The Dead. “You’re gonna love me even when you think you won’t, you’re gonna love even when you think you don’t” zingt Julie op een soundtrack waarin akoestisch snarenwerk zich met elektrische gtaren. Zonder omwegen gericht aan haar hardwerkende en noodgedwongen vaak uithuizige man. Die heeft de dwingende boodschap  van zijn verwaarloosde vrouw duidelijk begrepen en zorgt naast de fraaie muzikale omlijsting voor harmonische vocale ondersteuning. Het door bassist Rick Plant en Brady Blade ondersteunde Till The Stardust Comes Apart drijft op breed uitwaaierende gitaarlijnen en creëert een dreigende sfeer. Till The Stardust Comes Apart is een mooi niemendalletje en Buddy komt even op het vocale voorplan in het eveneens in schaamteloze romantiek gedrenkte, geheel akoestische Secret.
Ronduit indrukwekkend is de opener, de titeltrack waarin de stemmen van Julie en Buddy onnavolgbaar samensmelten op rauwe gitaarakkoorden en een stuwende ritmiek." (writteninmusic)



15. Richville
Geen jaarlijstje zonder blues, en het liefst rauw en vintage klinkend. Richville beantwoordt die vraag met verve. Een bijzondere combinatie van slechts gitaar en drums, maar ze flikken het wel: je mist nergens de andere instrumenten die je zou verwachten. Hulde!
"Liefhebbers van het oude werk van Ry Cooder en van Little Feat opgelet! Met het Nederlandse duo Richville hebben we er weer een prima bluesact bij! Het duo bestaat uit de ervaren muzikanten Richard van Bergen (zang, gitaar) en Jeroen JJ Goossens (drums, percussie). De twee hebben een muzikaal verleden in bands als The Sunset Travelers en Rootbag. (...)
Natuurlijk duiken er wel een paar schroeiende garagebluesnummers op zoals het rauw pompende Gettin’ Real Good, dat voorzien is van een ontzettend smerig fuzzgeluid en de smerige garageboogie Lord And The Devil met zijn scheurende en huilende slide en de pompende harmonica van gast Gait Klein Kromhof.
Maar er is meer aan de hand op dit album. Zo opent het album met de trage broeierige blues Lord Won’t Fail Me. Na een intro van rustgevend kikkergekwaak wordt de rust ruw verstoord door de rauwe snerpende slide van Richard van Bergen en de lui pompende drums. Een bluesnummer dat tot op het bot gestript is waardoor de naakte essentie, namelijk rauwe Neder countryblues, overblijft.
Set Me Free is daarna een luie funky blues met een schroeiend swamp geluid en een staccato pianobijdrage van Roel Spanjers. Love Yourself is overduidelijk geïnspireerd door het vroege werk van Ry Cooder hetgeen duidelijk te horen is in het swingende, hakkelende gitaarspel. De naam Ry Cooder kommen we ook tegen in het sprankelende Addicted To You. Een nummer dat teruggrijpt naar diens “Chicken Skin Music” periode en dan ook nog eens voorzien is van een Mexicana sfeertje. Ook in het instrumentale Richville Bound is het geluid van Cooder terug te horen. Een zachte intieme shuffle waarin het rauwe brandende gitaargeluid is ingeruild voor een breekbaar romig geluid.
De drums van Jeroen JJ Goossens openen Home met een heerlijk funky New Orleans ritme waarna de schroeiende gitaar het nummer van een Little Feat karakter voorziet. In het lui voortslepende Keep On Prayin’ zit een gospelgeluid met trage New Orleans grooves en sprankelend gitaarwerk. In het luchtig huppelende Angels Tell You moest ik denken aan het nummer “Alley Oop” van the Hollywood Argyles maar dan wel met een gospelinjectie en een prima swingende pianosolo van Roel Spanjers.
In de afsluiter What The World Needs worden de Cooder en Little Feat invloeden op een prima wijze voorzien van een funky bonkend New Orleans ritme. Richville maakt met dit album een verbluffend goede indruk. Dit is een absolute aanrader voor de liefhebbers van de rauwe blues én voor de liefhebbers van het geluid van Ry Cooder en Little Feat!" (bluesmagazine)




Geen opmerkingen: