Poëziebloemlezingen zijn er vele, met als ingang een thema bv. Familie duurt een mensenleven lang, De zee, de zee, of De 100 leukste dierengedichten. Van de VSB was er tot voor kort de reeks : ‘De beste gedichten van’ en dan een jaartal, zodat je snel een overzicht kon krijgen van toonaangevende poëzie die het vorig jaar was uitgekomen.
Geen thematische keuze in De veertig van Heytze. Het is gewoon een heerlijk klein boekje met veertig gedichten en daarnaast veertig kleine reflecties daarover. Mooi om elke dag zo’n duo te lezen.
Heytze noemt deze selectie zijn Discomatic, naar John Lennon en zijn veertig lievelingsplaatjes. Wij mogen meeluisteren naar Heytzes poëziejukebox. Daarin zit een puur persoonlijke selectie, voor hem is het criterium dat hij een gedicht mooi vindt, spannend, het eindeloos kan lezen, het niet kan vergeten. Ik zie hem in gedachten langs zijn uitpuilende boekenkast gaan en een bundel te voorschijn trekken, waar allemaal gele post-its uit steken. Er zijn gedichten van mannen als Wigman, Koenegracht, Kuipers, maar even zo goed kiest hij voor AMG Schmidt, Spinvis en Koos Schuur. En voor de jongere, vrouwelijke generatie van Ellen Deckwitz, Tjitske Jansen en Eva Cox.
De reflecties op de gedichten zijn origineel en gevarieerd in opzet. Naast ‘Lente’ van Hans Dorrestijn gaat de beschouwing over Heytze als jongetje, die met een koptelefoon op naar cabaretplaten zit te luisteren. Pas halverwege het stukje duikt de dichter Hans Dorrestijn op, en pas in de laatste alinea noemt Heytze het geciteerde gedicht. In een paar regels houdt hij dan een krachtig pleidooi voor juist dit lied van de cabaretier en tekstschrijver. Ja denk je, ja!
Soms gaat Heytze vooral in op de inhoud van het gedicht, want ‘ik houd van poëzie die het ook moet hebben van wát er wordt verteld, en niet louter van een ontregelende vorm.’ Maar ook schrijft hij mooi over de vorm, bv. bij het gedicht ‘Ik wil’ van Eva Cox. Dat noemt Heytze ‘volkomen gedreven door ritme, alsof het in één ademtocht is opgeschreven’: ‘het gejaagde – dat past bij de inhoud- zorgt dat ik dit gedicht eindeloos kan herlezen’.
Heytze houdt een geestig pleidooi voor gedichten die de liefde nu eens niet bezingen, maar haar vervloeken. Dit aan de hand van ‘Jij bent de verkeerde’ van Ester Naomi Perquin. Heytze bespiegelt soms het leven, zoals in zijn tekstje ‘Magere troost’ n.a.v. een wat triest gedicht van Tom Lanoye over verdwijnende liefde. De laatste twee regels van zijn reflectie vind ik sterk: ‘Een gedicht aan het begin van een liefde is meestal een uitroepteken. Een gedicht over het einde altijd een punt.’ Het zijn dit soort regels die de dichter Heytze verraden: veel kunnen zeggen in weinig woorden.
Miriam Janssen
1 opmerking:
Dag Miriam, mooie blog over poëzie en van de Discomatic van John Lennon had ik nog nooit gehoord. Leuk! Peter
Een reactie posten