Walter Black (door Mel Gibson) was een succesvolle ondernemer in kinderspeelgoed en liefdevolle vader en echtgenoot, totdat hij 'gegrepen' werd door het zware zwart van een depressie. Hoe weinig we van die hele voorgeschiedenis ook meemaken als kijker, ze weten die toon en dat lusteloze niet-kunnen-leven feilloos neer te zetten. Hij vindt een gedumpte beverhandpop bij het vuil en na een mislukte zelfmoordpoging zit z'n hand ineens in die bever en praat hij tegen hem. Of eigenlijk, hij praat tegen zichzelf. De Bever is een alter-ego geworden, waarmee hij "een psychologische afstand creëert tussen zichzelf en zijn negatieve psyche." Briljant!
En het werkt. Walter kan weer praten met mensen, grapjes maken, z'n kinderen (en vrouw!) liefhebben, een inspirerende bedrijfsleider zijn, kortom; iedereen blij. En het levert een paar hilarische scènes op. Toch voel je al dat er een nieuw soort 'dwang' ontstaat als z'n vrouw er genoeg van begint te krijgen en haar man weer terug wil,. zonder altijd die pop aan z'n hand. Want zodra hij weer in die echte Walter-zonder-afstand stapt, blijkt het zwart nog heel dichtbij. Ook z'n oudste zoon heeft het er maar moeilijk mee. Die vecht ondertussen z'n eigen oorlog met volwassen worden zonder vader om trots op te zijn en op terug te vallen.
De film krijgt pas echt een andere lading als het ego van die Bever zelfs voor Walter te groot wordt. Hij wil zo graag gezond zijn en weer bij z'n gezin zijn, dat hij het ook tijd vindt worden afscheid te nemen van die Bever. Maar daar denkt meneer Bever heel anders over. Die neemt het roer in eigen handen en gaat zelfs het gevecht met Walter aan. Dan blijkt dat we die dunne grens tussen depressief en geestesziek heel langzaam en onmerkbaar met z'n allen zijn overgestoken.
De film werd geregisseerd door Jodie Foster, die ook de vrouw van Walter speelt. Ik vind haar altijd een bijzondere actrice en een vorige regie van haar raakte me ook. Ze werkt graag met psychologische thema's, en ik kijk daar graag naar. Echte diepgang of hoop zit er voor de mensen die zelf met depressie te maken hebben niet in, denk ik. Daarvoor blijven ze te veilig in het Hollywood decor. Maar Gibson is, met z'n zware stem(men) en doorleefde gezicht, zeker geknipt voor deze rol. En het einde geeft in ieder geval iets meer licht dan hoe het allemaal begon, ook voor de oudste zoon. Een mooie film dus!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten