maandag 19 september 2011

Jaap Scholten: Kameraad Baron


Soms komt de geschiedenis zo dichtbij, dat je er zelf onderdeel van uitmaakt. Lezend in Kameraad Baron van Jaap Scholten kwam ik terecht in de wereld van de Transsylvaanse adel. Niet de meest vrolijke geschiedenis: de wereld van Ceausescu, dictatuur, strafkampen en vergaande glorie. Wel geschiedenis die ik zelf ook deels heb meegemaakt, denk aan de val van de muur in Berlijn en de executie van Ceausescu. Dit boek vertelt niet alleen over de val en de voorzichtige wederopstanding van de Hongaarse en Roemeense adel. Maar ook over de belangrijke rol die de adel heeft gespeeld en weer speelt in de cultuur van Hongarije en Roemenië.

Na WOII stonden Hongarije en Roemenië onder zware controle van communistisch Rusland. Voor die tijd speelden adellijke families een belangrijke rol in de politiek, cultuur en welvaart van beide landen. Maar met de komst van het communisme werd deze adel (net zoals geestelijken en wetenschappers) bestempeld als staatsgevaarlijk. Op een nacht in maart 1949 haalde de politie vervolgens alle adel uit hun huizen. Ze werden afgevoerd naar strafkampen of moesten gaan wonen in kelders en mochten hun stad niet meer verlaten. Hun kinderen mochten geen opleiding volgen en al hun bezittingen waren ze kwijt. Alleen de meest lage baantjes waren voor hen weggelegd. Zo werd een gravin een schoonmaakster en werkte de meeste graven en baronnen als fabrieksarbeider of schoorsteenveger.

Scholten bezocht vlak na de val van het IJzeren Gordijn Hongarije en Roemenië en raakte gefascineerd door deze landen. Twintig jaar later gaat hij opzoek naar de verhalen van de graven, gravinnen, baronnen en baronessen. Hij bezocht hun uitgebrande kastelen en vervallen landgoederen. Hij gaat opzoek naar hun kelders en zolders. Maar hij zoekt vooral antwoord op de vraag: hoe heeft de adel zich staande gehouden tijdens de dictatuur en wat is er anno 2010 nog van over?

Wat Scholten terugvindt is de jonge generatie adel. Men probeert landgoederen en kastelen terug te krijgen. Verder willen de jongeren iets te betekenen voor hun land en voor hun dorp. Scholten bezoekt de 30-jarige Farkas baron Banffy de Losoncz. Hij is teruggegaan naar het landhuis van zijn grootvader en probeert het weer op te bouwen. Tegelijkertijd wil hij jongeren uit zijn dorp interesseren voor de Roemeense cultuur. Want zowel Roemenië als Hongarije zijn tijdens het communisme alles kwijtgeraakt. Er is weinig gevoel meer voor ethiek of moraal. Er is veel corruptie en het recht van de sterkste geldt nog steeds. Leden van de vroegere Securitate zitten nog op de beste posities. En zowel Roemenië als Hongarije lopen ver achter bij andere EU-lidstaten.

Scholten laat in Kameraad Baron zien dat het mogelijk is een land totaal te vernietigen. In Roemenië en Hongarije bracht het communisme alleen maar angst, betonnen flats en armoede. Maar hij geeft ook de hoop dat een cultuur weer opgebouwd kan worden en dat er altijd mensen zijn die met moed en doorzettingsvermogen iets van het leven willen maken. Kameraad Baron is genomineerd voor de Libris Geschiedenis Prijs 2011.

Geen opmerkingen: