Het boek begint bij het moment dat Bettine hoort dat ze de baan in Beijing heeft gekregen en eindigt bij het afscheid op een Chinees vliegveld, drie jaar later. Ze beschrijft heel openhartig hoe zij zich als alleenstaande moeder met haar 8-jarige zoontje Tymo en beginnend journaliste staande houdt in Peking. In de aanloop naar de Olympische Spelen doet ze verslag historische gebeurtenissen; de etnische rellen in Xinjiang, de onlusten in het westen tussen Han-Chinezen en Oeigoeren, de opstand in Tibet, de aardbeving in Sichuan en de stormachtige ontwikkeling van de Chinese economie omdat buitenlandse investeerders in China de goedkope arbeiderskrachten vinden. Waaronder een aantal Nederlanders die een rozenkwekerij hebben opgezet en voorspellen dat dè bloemenexport zich vanuit Nederland verplaatst naar China.
Vooral de hoofdstukken waarin Vriesekoop een kijkje geeft in de levens van de gewone Chinezen vond ik boeiend. Zoals die van taxichauffeur Miles, ayi Wang, de ontmoeting met haar tolk uit 1980, meneer Qiu en haar “rechterhand” Colin. Tijdens de laatste trip met hem naar het terracotta-leger wordt duidelijk hoe zij over elkaar denken en waarom.
En die onsmakelijke eetgewoonten van de gemiddelde Chinees om zijn noedels in de trein naar binnen te slurpen? Ik zal het vanzelf wel merken tijdens mijn treinreizen door China in juni. Ik slurp gewoon mee.
2 opmerkingen:
Ik zag deze post en dacht direct aan de tentoonstelling "Facing China" bij ons in de buurt, t.w. Laren N.-H. De flyers heb ik net in onze bibliotheek neergelegd. Voor meer informatie zie: http://www.singerlaren.nl/Museum_Tentoonstellingen.html
en http://facingchina.com/index.php/site/page/category/about_facing_china/
Ik ben net terug uit een overweldigend en fascinerend China, vandaar mijn late reactie. Dank voor de tip, ik ga deze tentoonstelling zeker bezoeken.
Een reactie posten